Pompidou
Christophe Vekeman leest Sally Rooney
blijf verwonderd!
wo 8 sep. - 4:06

Een van de meest legendarische interviews uit de Amerikaanse literatuur werd in 1936 afgenomen van F. Scott Fitzgerald. Het eindigt als volgt: ‘“Succesvolle schrijvers!” riep hij uit. “O mijn God, succesvolle schrijvers!” Hij strompelde naar de ladenkast en schonk zich nog eens in.’
Sinds ik vele jaren geleden dit interview las, is er geen week voorbijgegaan zonder dat ik, de ene keer al wat theatraler dan de andere, Fitzgeralds woorden luidkeels geciteerd heb, al verschilt het uiteraard danig aan wie ik bij de term ‘succesvolle schrijvers’ zoal denk. Dezer dagen is dat de Ierse Sally Rooney, die verder overigens minder associaties wekt met Fitzgerald dan met een andere Amerikaanse grootheid. ‘De Salinger van de snapchatgeneratie’ werd zij gedoopt toen in 2017 en 2018 haar eerste twee romans het licht hadden gezien, respectievelijk Conversations with Friends en Normal People getiteld – van de tweede ís al een veelgeroemde 12-delige BBC-serie gemaakt, op dit moment te volgen op NPO3, van de eerste zal dat in 2022 gebeuren.
Heel succesvol is zij dus, deze 30-jarige Sally Rooney, die in interviews Salingers Franny and Zooey aanduidt als het boek dat haar het meest beïnvloed heeft, en dat laatste lijkt op basis van haar derde roman, in het Nederlands zopas verschenen als Prachtige wereld, waar ben je, ook te kloppen als een bus. Wat beide boeken met elkaar gemeen hebben, is onder andere de zeer filmische stijl (Rooneys boek opent met ‘Een vrouw zat in een hotelbar naar de deur te kijken’), waarbij louter gebruik gemaakt wordt van conversaties en brieven om de lezer een inkijk te bieden in de gedachte- en gevoelswereld van de personages: de woorden ‘dacht hij’ of ‘ze voelde zich’ zal je hier tevergeefs zoeken.
Die personages zijn verder redelijk jong, twintigers die tegen de dertig aan lopen, zien er goed uit, zijn behoorlijk tot zeer intelligent, leven in betrekkelijk tot buitengewoon grote welstand, en worstelen met zichzelf, vriendschap, liefde en de wereld waarin zij leven – maar vooral toch met de liefde: de omschrijving door Salinger van zijn eigen Franny and Zooey als ‘een samengestelde of meervoudige liefdesgeschiedenis, zuiver en gecompliceerd’ is ook perfect van toepassing op het nieuwe boek van Sally Rooney.

De twee hoofdpersonen zijn de vriendinnen Eileen en Alice, van wie Alice duidelijk het meest gemeen heeft met de vrouw die haar verzonnen heeft: net als Rooney behoort zij tot die voornoemde categorie van ‘succesvolle schrijvers’, wat Alice zelf overigens met evenveel weerzin vervult als er in Fitzgeralds uitroep doorklinkt.
Ze is zelfs niet meer in staat romans te lézen, laat staan te schrijven. Schrijvers weten ‘niets van het normale leven. De meeste hebben de normale wereld al decennialang zelfs niet uit de verte gezien. Die zitten al sinds 1983 aan tafeltjes met witlinnen tafellakens over slechte recensies te zeuren. Het interesseert me niet wat zij van normale mensen vinden’ – merk de titel van Rooneys tweede roman op…
En voorts is er gewoon de tol van de roem, die zich uit in een ondraaglijk gevoel van vervreemding: ‘Ik kom die persoon, die ik zelf ben, overal tegen en ik haat haar met volle overgave.’ Het heeft zelfs geleid tot een instorting en opname in de psychiatrie, maar nu probeert Alice, na onder meer in New York te hebben gewoond, zichzelf te hervinden in een klein Iers dorp.
Daar leert zij via Tinder de afstandelijke magazijnier en fervente niet-lezer Felix kennen, met wie zich een moeizame relatie ontwikkelt. Ondertussen correspondeert zij met Eileen, die als redactrice werkzaam is bij een literair tijdschrift, en die bang is dat haar levenslange vriendschap met Simon, inmiddels haar ex, teloor zal gaan wanneer zij met die ex van haar opnieuw liefdesbanden aanknoopt.
En dat allemaal tegen de achtergrond dus van de apocalyptische tijd waarin wij leven, en waarvan Eileen de opmaat situeert in 1976, ‘toen plastic het meestgebruikte materiaal in ons leven werd’; Alice, dan weer, ziet de val van de Berlijnse muur als beginpunt van alle ellende. Wat er ook van zij: ‘Ik ben het met je eens dat het vulgair, decadent en zelfs een epistemologische misdaad is om energie te investeren in zoiets triviaals als seks en vriendschap terwijl de menselijke beschaving op instorten staat. Toch doe ik dat elke dag.’ Anders gezegd: de wereld mag dan op zijn einde lopen, het leven gaat door.
Schrijvers weten niets van het normale leven. De meeste hebben de normale wereld al decennialang zelfs niet uit de verte gezien.
Alice, Eileen, Simon en Felix zijn in die zin typische millenials dat ze zich zeer bewust zijn van de staat van de wereld, dat ze biseksualiteit vanzelfsprekend vinden et cetera, maar opvallend zijn daarnaast de uitgesproken nostalgische verlangens van deze eindtwintigers naar een verleden dat zij niet gekend hebben, net als hun religieuze neigingen – Simon is katholiek, Eileen en Sally tonen zich gefascineerd door Jezus.
Samen resulteert dat in een onverwacht conservatisme. Frappant is bijvoorbeeld de volgende teleurgestelde, machteloze vaststelling: ‘Ik wil de dwingende heteroseksuele monogamie niet verdedigen, maar het was wel een manier om iets te doen, om het leven door te komen. En wat hebben we nu? In plaats daarvan? Niets?’
Prachtige wereld, waar ben je is een bijzonder geslaagde en meeslepende roman over de eerste generatie ooit die zin aan het leven moet zien te verlenen, niet enkel in het licht van hun eigen toekomstige dood, maar in dat van het eind van de wereld of van althans de volledige mensheid. Het einde van het boek ontgoochelt enigszins, maar dat is misschien ook juist wel toepasselijk. Het einde van de wereld is ook niet je dat.
Christophe Vekeman
Prachtige wereld, waar ben je van Sally Rooney is verschenen bij Ambo Anthos