Marc Reugebrink werpt een ander licht op Berlijn na de val van de Muur

Wie?

Marc Reugebrink debuteerde in 1988 als dichter en heeft ondertussen flink wat romans en essays op zijn palmares. In Het grote uitstel en Menens schreef hij over de teloorgang van de naoorlogse sociaaldemocratie, in Het Belgisch huwelijk over het leven als Nederlandse inwijkeling in Vlaanderen. Zout was dan weer een komische, historische novelle. 

Wat?

Een jonge vrouw, Anna, gaat op zoek naar de vader die ze nooit gekend heeft. Die vader, Elias Kroon, nam op 9 november 1989 de biezen nadat hij op tv had gezien dat de Berlijnse Muur gevallen was.

'Hij had daar een ander', zou Anna's moeder later altijd zeggen. Maar de vork zit anders in de steel. Kroon, een charismatische universiteitsdocent, droomt van de ware vrijheid. Die ligt volgens hem binnen handbereik in de Oost-Berlijnse wijk Prenzlauer Berg, op dat moment het kloppend hart van de alternatieve bewegingen in de DDR. Daar ontmoet hij burgerrechtenactivisten die af willen van het communistische regime, maar zich ook verzetten tegen een versmelting met het kapitalistische West-Duitsland.

Maar vrijheid betekent voor Kroon iets anders dan voor de activisten die hij bewondert. De desillusie loert dan ook om de hoek.

Waarom moet u dit lezen?

De vrouw die niet bestond is een uitstekend gedocumenteerde roman over Berlijn na de val van de Muur, en werpt een ander licht op een kantelpunt in de geschiedenis. De taalrijkdom, humor en verwijzingen naar de popcultuur in Oost en West zorgen voor een pak leesplezier. Met als hoogtepunt de Duitse scheldwoorden die Reugebrink uit z'n mouw schudt.

Praktisch?

De vrouw die niet bestond is verschenen bij Querido.

Beluister hier het gesprek met Marc Reugebrink in Pompidou.